Hoewel hij geen onbekende is voor veel pretparkfans, is online bizar weinig informatie over hem te vinden. Op wat losse artikels over nieuwe attracties die hij opende en een goed uitgebouwde LinkedIn-pagina na, levert de zoekterm ‘Wouter Dekkers’ in Google weinig op. “Dat heeft waarschijnlijk te maken met een van mijn grootste motto’s”, vertelt hij daarover, “het moet nooit om mij gaan. Uiteraard vind ik het leuk als er ergens iets over mij verschijnt, wie niet, maar kijk eens buiten. Het is daar nu acht graden en terwijl ik hier gezellig in de warmte zit, staan mijn medewerkers daar in de kou het beste van zichzelf te geven.” Een ongemakkelijke start voor een verslaggever die langskomt om een portret van een directeur te maken natuurlijk, maar het moest hem duidelijk van het hart. Na een specifieke vraag over zijn achtergrond, bloeit de welbespraakte directeur toch open.
Van accountant tot pretparkdirecteur
Wouter: “Voor pretparkfans klinkt het waarschijnlijk als vloeken in de kerk, maar voor ik in de branche terechtkwam, was ik helemaal geen pretparkliefhebber. Ik hield veel meer van sport en ging daarom bijvoorbeeld eerder naar voetbalwedstrijden dan naar pretparken. Een pretpark, dat was voor mij iets wat je een keer per jaar met familie en vrienden bezocht. Directeur van een pretpark worden, dat kwam zelfs niet bij me op.”
Op de schoolbanken studeerde Wouter Dekkers om accountant te worden, in de volksmond ook wel boekhouder genoemd. Na zijn studies werkte voor enkele accountancy bureaus. Zoals het wel vaker gaat in die branche, verliet hij na een tijdje het bureau om voor een klant ervan te gaan werken, in zijn geval voor KPMG, dat instond voor de boekhouding van de Nederlandse Spoorwegen en later voor Arcadis. Met meer dan twaalf jaar ervaring in de financiële wereld in zijn broekzak solliciteerde Wouter Dekkers in juni 2000 bij Six Flags Holland.
Wouter: “Ik had in de krant een advertentie gezien van Six Flags Holland waarin stond dat ze op zoek waren naar een nieuwe financieel directeur. Ik mocht op gesprek en het was toen pas dat ik begon in te zien hoe groot de bedrijven achter pretparken wel niet waren, iets waar ik als gast amper bij stilgestaan had. Het was een boeiend startpunt voor mijn pretparkcarrière. Toen ik er in oktober 2000 begon, was het park net omgevormd tot Six Flags Holland en moesten er nog heel wat dossiers met leveranciers en op vlak van personeelszaken, waar ik ook verantwoordelijk voor was, afgewerkt worden. Ik maakte meteen kennis met de extreme dynamiek van een pretpark. Het zijn bedrijven waar je moeilijk een stempel op kunt plakken als accountant. In de accountancy worden verschillende types gebruikt om een bedrijf onder te klasseren, zodat je weet op welke elementen je specifiek moet letten. Een handelsonderneming moet je anders bekijken dan horeca of een fabriek. Maar in een pretpark heb je zoveel verschillende types in één bedrijf. Een pretpark is op de eerste plaats een serviceonderneming die herinneringen verkoopt, maar daarnaast vind je er ook horeca, merchandise, ticketverkoop, overnachtingen… noem maar op. Dat sprak me meteen aan en dat vind ik tot op de dag van vandaag uitermate interessant.”
In 2004 werden de Europese pretparken van Six Flags, op Warner Brothers Movie World in Duitsland na, verkocht aan Palamon Capital Partners, een onderneming die de verlieslatende parken weer succesvol moest maken. Six Flags had de Europese markt namelijk onderschat. In Amerika werden hun parken vooral bezocht door jongeren, maar in Europa kregen ze vooral te maken met families met kinderen en daar kon de groep moeilijk mee overweg. Palamon verzamelde de parken onder de noemer Star Parks en slaagde er over een periode van zes jaar in om de parken winstgevend te maken, mede door toedoen van Wouter als CFO van Star Parks, en te verkopen aan verschillende eigenaars voor meer dan het dubbele dan wat ze er zelf voor betaald hadden.
Wouter: “Toen Six Flags in 2004 aan Palamon verkocht werd, was het te laat om het park nog om te vormen en zijn we nog een jaar als Six Flags door het leven gegaan. Pas in de winter van 2004-2005 konden we het park volledig rebranden en konden we in 2005 openen als Walibi World. In datzelfde jaar kreeg ik ergens in juni de vraag of ik Duits sprak. Bij Movie Park Germany waren ze op zoek naar een tijdelijke vervanger voor drie maanden van de financieel directeur. Hoewel mijn Duits toen nog niet helemaal op punt stond, ben ik daar wel op ingegaan. Die drie maanden zijn uiteindelijk negen en een half jaar geworden, maar dat heb ik me nog nooit beklaagd.
Het Duitse roer in handen
In Movie Park Germany stond Wouter Dekkers aanvankelijk in voor dezelfde taken als in Six Flags Holland/Walibi World: financiën en personeelszaken. Wanneer directeur Andreas Stickel in 2007 vertrekt, wordt Wouter gevraagd om zijn functie voor een jaar over te nemen.
Wouter: “Zowat alles wat in een pretpark beslist wordt, wordt eerst afgetoetst bij de financiële en juridische dienst. Ik deed veel voorbereidend werk voor grote beslissingen, moest vaak advies geven, dus ik dacht: ik zal het dan ook wel aankunnen om uiteindelijk de finale beslissingen te maken. Het was nochtans geen gemakkelijk periode. Star Parks had net bijna alle parken verkocht aan Compagnie de Alpes, behalve Walibi Lorraine (dat naar de kermisbroers Le Douarin ging en Walygator Parc werd, red.) en het nog steeds verlieslatende Movie Park Germany. Er werd geopperd om het park gewoon te sluiten, maar dat wou ik echt niet laten gebeuren. Ik zag het potentieel dat het park had, ik zag zoveel medewerkers die op straat zouden komen te staan… We kregen toen de kans om met het team een nieuw plan uit te werken voor de toekomst. Enkele beslissingen die we toen maakten, pakten gelukkig goed uit in de realiteit. Nickland, bijvoorbeeld, dat door veel fans lauw onthaald werd, bleek een uitermate strategische zet. Families met kinderen behoren tot de meest loyale groep pretparkbezoekers, en kijk, het heeft gewerkt.
Geen half werk
Al van bij de eerste projecten in Movie Park Germany wordt duidelijk dat Wouter een oog heeft voor detail. “Je doet iets goed, of je doet het niet,” zegt hij daarover. Wanneer de betonmolens met asfalt al onderweg zijn om de bestrating van het Santa Monica Pier-gebied aan te leggen in 2007, laat hij ze alsnog terugkeren: “Als er één iets is wat mensen niet willen zien in een pretpark, dan is het asfalt. Dat komen ze elke dag genoeg tegen op weg naar hun werk.” Uiteindelijk wordt er voor gekleurd beton gekozen waarin houten balken gestempeld werden, om het gebied meer op een echte pier te doen lijken.
Wouter: “Als ik mezelf een positieve eigenschap als pretparkdirecteur mag toeschrijven – al vind ik het altijd gevaarlijk om zo’n uitspraken te doen – dan is het dat ik op plannen durf schieten en zelfs tijdens de bouw soms dingen nog volledig durf veranderen. Dat kan gelukkig bij ons. Bij Disney nemen ze soms tien jaar de tijd om een attractie tot in de puntjes uit te werken. Ik zou daar gek van worden omdat ik dan de focus zou verliezen. Wij bouwen iets in een half jaar tijd. Dat is ook verkeerd, een jaar extra voorbereidingstijd zou gezond zijn. Maar het lukt ons zo ook en in het verleden is gebleken dat we in zo’n korte tijd ook bijzonder knappe dingen kunnen doen.
Ook bij het tweede grote project van Movie Park Germany met Wouter als directeur, de uitbreiding van Nickland in 2008, worden de plannen die hij in Amerika bij de pretparkafdeling van Nickelodeon had helpen maken op het laatste moment nog gewijzigd. “Wanneer je daar dan tijdens de bouw met je laarzen in de modder staat en merkt dat het toch niet helemaal klopt, dan moet je die plannen bijsturen. Toen hebben we nog fundamenten verlegd en kleine attracties bijgekocht om er een mooi afgesloten gebied van te maken.”
Kleine budgetten, grootse attracties
Na de uitbreiding van Nickland zou het even duren voor Movie Park Germany een nieuwe attractie zou kunnen openen. Pas in 2011, na de overname door Parques Reunidos in 2010, opent het park de nieuwe indoorachtbaan Van Helsing’s Factory, een attractie waarmee Wouter Dekkers hoge ogen gooit binnen de pretparkcommunity. Met een relatief laag bedrag, zo’n vier en een half miljoen euro, slaagt hij erin om een bijzonder sterk gethematiseerde attractie neer te poten. Ook wanneer hij in 2014 de eerste immersive tunnel naar Europa haalt, The Lost Temple, en ook daarmee een sterk aangeklede attractie presenteert, wordt zijn aanpak met gejuich onthaald. Toch blijft hij daar erg bescheiden bij.
Wouter: “Ik ben absoluut geen architect of designer en dat laat ik dan ook met veel respect over aan de mensen die daar echt iets van kennen. Maar ik leer ook veel van hen en probeer zoveel mogelijk mee te denken waar ik kan. Ik heb veel geleerd van Philipp van Stratum van P&P Projects, die Van Helsing’s Factory heeft uitgewerkt, en van de mensen van TAA Industries die dat ontwerp verder hebben uitgewerkt. Ook Wiebe Damstra, de project manager van Movie Park Germany, en Ron Hines, ontwerper bij de pretparkdivisie van Nickelodeon in Amerika, hebben me veel bijgebracht op dat vlak. Zo heb ik in de loop der jaren geleerd waarmee ik me wel en niet moet bezig houden.”
Van Helsing’s Factory en The Lost Temple blinken uit in aankleding, maar toch schrijft Wouter het succes van de attracties daar niet alleen aan toe.
Wouter: “Thematisering is ontzettend belangrijk, maar het is niet alles. Over Six Flags zegt men vaak nog dat de attracties kale, stalen banen waren, maar kijk eens naar Walibi Holland: dat staal blijft wel het volk trekken. Ik ben enorm benieuwd naar wat er te zien zal zijn in het stationsgebouw van Baron 1898 in de Efteling, maar uiteindelijk, daar ben ik van overtuigd, zullen mensen het vooral over de rit hebben. Je moet een balans weten te vinden tussen de aankleding en de ritbeleving. Want als er geen aankleding is, dan word je daarop afgerekend. Maar je mag nog zoveel geld pompen in een schitterende wachtrij: op rustige dagen zullen bezoekers er doorheen spurten om zo snel mogelijk in de attractie zelf te zitten. Dat zag ik in Movie Park Germany al bij Mystery River. Die wildwaterbaan had op zijn hoogtepunt een fantastische, lange wachtrij, maar niemand bleef stilstaan bij de voorshows. Er moet wel geld voor voorzien worden, want als er geen thematisering is, dan valt dat op. Maar het is beter om met een beperktere som enkele dingen heel goed uit te werken, dingen die mensen zich zullen herinneren, dan alles tot in de puntjes van thema te voorzien.”
“Ik vind het fantastisch om het onderste uit de kan te halen met de middelen die ik ter beschikking krijg, maar uiteindelijk blijft de hardware en de software het belangrijkste. De hardware, een goede attractie, en de software, het personeel dat het systeem doet draaien. Je mag nog zo’n fantastische attractie hebben, als een chagrijnige medewerker je afblaft tijdens het instappen, dan is dat ritje ook al om zeep. Daarom investeer ik met plezier veel tijd in het personeel. Als ik een slechte dag heb, dan kan ik me verstoppen achter mijn computer. Maar de medewerkers van een pretpark, en elk ander bedrijf in de dienstverlening, kunnen dat niet. Zij moeten steeds met een glimlach voor de dag komen.”
Terug naar de Heimat
Begin dit jaar hield Angelique Klar het na bijna zes jaar voor bekeken als directeur van Attractie- en Vakantiepark Slagharen. Aan Wouter wordt vanuit Parques Reunidos gevraagd of hij haar taak als directeur zou willen overnemen.
Wouter: “Ik vond het leuk dat ik die vraag kreeg. Enerzijds is dit een park waar ik heel graag mijn naam aan wil verbinden. Het is een van de oudste pretparken van Nederland en een van de eerste pretparken die ik zelf ooit bezocht heb. De industrie keek wat argwanend en vond het een vreemde beslissing van me omdat onterecht het idee leeft dat dit park een miskoop voor de groep was. Ik kan je echter verzekeren dat dit een zeer strategisch park is voor Parques Reunidos. Nee, het is geen Efteling of een Europa-Park, en daar ga ik het park dan ook nooit aan spiegelen. Maar het is wel een bijzonder charmant park met een eigen doelpubliek en er zit bijzonder veel potentieel in. Mensen die me kennen zouden moeten weten dat ik niet iemand ben die aan een dood paard zal trekken. Uiteraard ben ik hier naartoe gestuurd met een missie, dat potentieel tot zijn recht laten komen, maar dat vind ik een mooie vorm van erkenning vanuit Parques Reunidos voor mijn capaciteiten.”
Wat er in Movie Park Germany gebeurt, blijft Wouter uiteraard op de voet volgen. Zijn leven zal altijd voor een deel verbonden blijven met het Duitse pretpark. “Als ik naar foto’s kijk uit mijn periode daar, zie ik niet alleen het park groeien, maar ook samen met het park mijn kinderen,” vertelt hij. Over recente berichten in de media over achterstallig onderhoud en bezuinigingen in het park windt hij zich dan ook op: “Movie Park Gemany heeft wat pech gehad met drie attracties die het op hetzelfde moment lieten afweten, maar dat zijn daar altijd al onze zorgenkindjes geweest. Nee, geloof me, Thorsten Backhaus doet het daar fantastisch en ik vind het dan ook verschrikkelijk dat gezegd wordt dat het park erop achteruit gaat sinds ik daar weg ben en hij de nieuwe directeur is. Dat zou mij ook overkomen zijn.”
Maar ook Attractiepark Slagharen kwam onlangs in het oog van een storm terecht. In Nederland ontstond grote commotie rond de vele kortingsbonnen waarmee pretparken elkaar kapot zouden concurreren. Ook Attractiepark Slagharen staat er om bekend heel vaak met grote kortingen te gooien, een tendens die Wouter zorgvuldig in de gaten houdt.
Wouter: “Ik vond de hele commotie nogal opgeblazen, want kortingen vind je overal. Op elk product staat tegenwoordig wel een kortingsbonnetje. Pretparken geven veel korting, dat klopt, maar niet alleen in Nederland. Kijk maar eens naar de marktleider, Disney, hoe zij omgaan met kortingen. In Nederland zijn er nu eenmaal veel pretparken en als er ergens veel aanbod van is, dan zakt de prijs altijd wel op de een of de andere manier. Het is een trend die historisch gegroeid is en daardoor moeilijk te veranderen is. Er zal wel iets moeten gebeuren want het is altijd triest voor de branche om te zien dat kleinere parken er daardoor mee moeten stoppen… En ik vrees dat er nog zullen volgen. Er moet iets gebeuren, maar de mentaliteit daarrond wijzigen zal een moeilijk, langzaam proces zijn.”
Aqua Mexicana
Eén van Wouters eerste grote wapenfeiten dat de bezoekers te zien zullen krijgen in Attractie- en Vakantiepark Slagharen is het nieuwe subtropische zwembad Aqua Mexicana. De plannen voor het ombouwen van het bestaande zwembad lagen al langer op tafel, maar die heeft hij, letterlijk en figuurlijk, grondig hertekend. Om dat te illustreren haalt Wouter het oorspronkelijke plan uit de kast en hangt het aan zijn magneetbord, het finale plan wordt ter vergelijking op tafel gelegd. Dat oude plan staat werkelijk van boven tot onder volgetekend en -geschreven met wijzigingen en nieuwe ideeën. “Deze ga ik echt moeten bewaren,” lacht hij.
Wouter: “Ik ga niet zeggen dat het vorige plan slecht was, maar het kon op vele punten verbeterd worden. Ik voelde dat de mensen dat hier ook wilden en konden, maar er de gelegenheid niet toe hadden omwille van vele redenen. Ik vond het mijn taak om die gelegenheid te scheppen. We hebben er hier samen voor gekozen om de lat meteen een stuk hoger te leggen en zijn gaan nadenken over waar we wat konden veranderen. Toen de plannen af waren, bleek er ongeveer anderhalf miljoen euro extra nodig te zijn. Ik ben toen gaan praten met Parques Reunidos en uiteindelijk hebben we, bovenop de vierenhalf miljoen die oorspronkelijk begroot was, dat anderhalf miljoen gekregen om onze nieuwe plannen uit te voeren.
Het oude zwembad lieten we er volledig uitslopen en hebben we vervangen door een volledig nieuw bad. Er zaten in de originele plannen twee restaurants, terwijl we er met moeite een openhouden op rustige dagen, dus dat werd er maar een. De berg aan de buitenkant die omgebouwd was tot een vulkaan moest weg om plaats te maken voor een grote raampartij, zodat er veel meer zonlicht binnen kon komen. Ik wilde er ook absoluut een buitengedeelte bij, want als we dat nu niet bouwden, was het er waarschijnlijk nooit van gekomen. Enkel aan de glijbanen konden we niets meer veranderen, die waren ondertussen al aangekocht.
Wat me echter het meest stoorde was de aankleding. Aan de wanden zouden allemaal vlakke prints komen en dat kon ik echt niet laten gebeuren. Ik heb meteen naar Rocas & Design gebeld, het Spaanse bedrijf dat ook de thematisering voor The Lost Temple gedaan had. Toen ze vertelden dat ze geen tijd hadden, heb ik ze bijna verplicht om een team te sturen, wat gelukt is. Op basis van een handvol tekeningen voorzagen ze de muren en het bad van driedimensionale decoratie, waarvan heel wat nog ter plaatse ontworpen werd, en daar zijn ze weer prachtig in geslaagd.”
Vanuit zijn kast haalt Wouter een dikke bundel papieren en zoekt er de tekening uit die Rocas & Design kreeg om mee aan de slag te gaan. De bundel zit vol concepttekeningen, offertes, facturen… Kortom, het papierwerk dat hij ter inzage kreeg tijdens de bouw van Aqua Mexicana. “Belangrijke papieren ja, maar het belangrijkste staat bij mij altijd op de achterkant,” vertelt Wouter. “Er zijn ook directeurs, en gelukkig zijn het er niet veel, die de bouwfirma’s het plan geven en achteraf dan komen kijken wat het geworden is. Dat kan ik echt niet. Ik ben elke dag op de bouw gaan kijken met stiften van mijn kinderen in mijn achterzak en krabbelde elk papier dat ik in m’n handen kon krijgen ter plaatse vol met nieuwe ideeën en suggesties. Mensen die bij mij komen houden tijdens vergaderingen hun papieren best zo dicht mogelijk bij hen. Als ik ze te pakken krijg, is de kans groot dat ik ze vol begin te tekenen. Hoort dat bij mijn rol als directeur? Misschien wel, misschien niet, maar het is wat ik graag doe, dus doe ik het.”
De orde van de dag
Hoewel we het tijdens ons gesprek vooral over nieuwe attracties hebben gehad, blijven dat momentopnames in het leven van een pretparkdirecteur. De geschiedenis leert ons dat een pretpark binnen een groep slechts om de drie à vier jaar een budget krijgt voor een grote nieuwe attractie. Maar in de tussentijd zitten ze op de bureaus van een pretpark natuurlijk niet met hun vingers te draaien.
Wouter: “Nieuwe attracties, ze zijn ontzettend leuk, maar ze zijn inderdaad niet datgene waarmee we het meest bezig zijn. Persoonlijk vind ik het leukste aspect aan de dagdagelijkse job om de dingen die we tijdens vergaderingen plannen en bespreken daarna in het park ook gerealiseerd te kunnen zien. En dat ik daar dan met de bezoekers over kan praten. Uiteraard, ook de accountant zit nog altijd ergens in me, dus ik vind het fijn als ik de vooropgestelde budgets kan halen. Want hoe je het ook draait of keert, het heeft ook altijd met geld te maken. Familiebedrijven of parken binnen groepen met minder parken kunnen een veel langere termijn voor ogen houden, terwijl wij geregeerd worden door de short-term targets die we moeten halen. Die ‘wij’ mag je heel breed zien, daarmee bedoel ik alle pretparken die binnen een eigenaarsstructuur als de onze werken. Ik vind het heel leuk als we daar in slagen. Nee, ik doe niet alles goed en ik maak ook fouten, maar ik ben zeer dankbaar voor de basis die ik binnen de accountancy heb gelegd.”
Trends en toekomst
Ondertussen heeft Wouter Dekkers al zo’n vijftien jaar ervaring binnen de pretparkwereld en ongetwijfeld zullen er daar nog heel wat bijkomen. In die tijd heeft hij vele trends zien komen en zien gaan waarop hij heeft moeten inspelen. Ook nu merkt hij enkele interessante ontwikkelingen op voor de toekomst.
Wouter: “Ik ben heel benieuwd naar hoe we als pretparkindustrie zullen omgaan met onze steeds ouder wordende bezoekers. De groep mensen die op de arbeidsmarkt actief is, zal de komende jaren steeds kleiner worden, terwijl het aantal mensen dat op pensioen gaat sterk zal toenemen. De werkende mensen zullen daardoor vermoedelijk harder moeten werken en ik vrees dat minder vakantiedagen of minder tijd en budget voor vrije tijd daar gevolgen van zullen zijn. Ik denk dat we in de toekomst meer grootouders zullen zien die met de kleinkinderen op stap gaan omdat de ouders minder tijd zullen hebben. Attractie- en Vakantiepark Slagharen had in het verleden al een grote groep oudere bezoekers vanwege de bungalows en daar gaan we aan blijven werken door onder andere fietsvakanties te promoten. Maar we zullen goed in de gaten moeten houden op welke manieren die veroudering nog impact zal hebben op de branche.
Daarnaast ziet het er ook naar uit dat er steeds meer mensen met overgewicht zullen zijn. In Amerika is dat al langer het geval en het zal vermoedelijk ook hier gebeuren. Dat zal een logistiek probleem worden voor pretparken. Sommige achtbaanbouwers spelen daar al op in en in heel wat nieuwe achtbanen worden al zitjes voorzien voor bredere mensen. We zullen goed moeten bekijken hoe we de veiligheid van iedereen kunnen blijven garanderen in alle attracties, zonder daarbij mensen te benadelen. Als ook de trend van de elektrische rolwagentjes naar hier overwaait, dan zullen we, net zoals de Amerikaanse parken dat hebben moeten doen, waarschijnlijk ook de infrastructuur van onze parken daarvoor moeten aanpassen.
Attractie- en Vakantiepark Slagharen zelf wens ik een bijzonder goede toekomst toe. Met Aqua Mexicana hebben we de lat meteen hoog gelegd, en het is de bedoeling dat we daar in de toekomst niet meer onder zullen gaan. Concreet zal werk gemaakt moeten worden van het opknappen van de verblijfsaccommodaties. Voorlopig accepteert onze doelgroep de prijs-kwaliteitverhouding nog, maar we moeten ervoor zorgen dat we daarin nooit te kort zullen schieten.
Er is ons gevraagd om een meerjarenplan op te stellen en daar zijn we nu druk mee bezig. Dat plan zal niet alleen focussen op de overnachtingen of op het restaureren van attracties en infrastructuur, maar er komt zeker ook een paragraaf in over een nieuwe publiekstrekker en andere nieuwigheden. We hebben op attractievlak enkele oudere attracties in het park staan. Van attractie tot attractie zullen we moeten bekijken wat daarmee zal gebeuren. Voor het dagbezoek is het belangrijk dat er zeker een grote publiekstrekker in het aanbod zit. We kunnen wel proberen om de Thunder Loop, onze grootste achtbaan, zo lang mogelijk draaiende te houden, maar op een dag zal die ook gewoon opgebruikt zijn. We mogen nog van geluk spreken dat het een baan van Schwarzkopf, en dus van hele hoge kwaliteit, is maar er zal een moment komen dat het onderhoud te veel geld zal kosten. En een attractiepark zonder grote attractie, dat is niet houdbaar. Dan zullen we zeker aan een vervanger moeten denken.”
Hoewel het gesprek ondertussen al zo’n dertig minuten langer duurde dan voorzien, wandelt Wouter toch nog even met me mee richting het nieuwe subtropische zwembad. Onderweg groet hij hartelijk de medewerkers in de horeca en de winkeltjes, en maakt hij een praatje met de mensen die het balkon van Aqua Mexicana aan het afwerken zijn. Oprecht. “Dit is echt geen ‘one mans job’. Natuurlijk staat er af en toe wel eens iemand op het podium, en dat zal ik als eindverantwoordelijke binnen enkele dagen hier weer moeten doen. Maar ik sta erop om altijd te beginnen met te vertellen dat ik de eer heb de gasten welkom te heten in de naam van alle collega’s. Allemaal. Wanneer ik er een dag niet ben, dan gaat het park ook open. Maar als zij er niet zouden zijn, dan zou hier maar weinig te beleven zijn.”