Onbekend? Onbemind! Parc Saint Paul

Home / Brakesection Magazine / Jaargang 3 (2016) / #2 (Juni 2016) / Onbekend? Onbemind! Parc Saint Paul
Onbekend? Onbemind! Parc Saint Paul

Parc Saint Paul is een park dat een zeer onafhankelijke koers vaart in de business en dat sinds haar ontstaan in 1983 gerund wordt door de familie Campion: duidelijk mensen met een grote interesse voor attracties en pretparken in het algemeen, wellicht zelf ook pretparkfans. Bij de meeste attracties in het park krijg je namelijk niet enkel het standaardbord met toegangsbeperkingen: neen, je krijgt een leuke tekst met weetjes over de origine van dit of dat type attractie, wie en waar het heeft uitgevonden, met foto’s uit de oude doos etc. Dit kan zowel gaan over de geschiedenis van de “wilde muis”-achtbaan als die van de trampoline (bvb. uitgevonden door een circusartiest die op zoek was naar een nieuwe act!). Extra info is altijd leuk voor de fans – of toch diegene die de Franse taal machtig zijn!

Hoewel Parc Saint Paul als “kleiner pretpark” zou kunnen gecatalogeerd worden, is het toch een park met veel attracties! Maar liefst veertig stuks staan er op de kaart, en neen, geen nummertjes die overgeslagen worden of toiletten, dieren of restaurants die als attractie aangeduid worden, neen, enkel echte mechanische attracties worden geteld! Ter vergelijking: Bellewaerde heeft bijvoorbeeld maar zesentwintig echte attracties en wordt toch als een grotere speler gezien. Ik bezocht het park ooit al eens eerder, in 2005 en dit jaar was dus mijn tweede bezoek, op 3 april. Ik had zeer goede herinneringen aan mijn vorig bezoek, het was toen een dagje pure pret (wat een pretpark moet bieden!) en dat was nu niet anders.

Laat ik het maar over het favoriete attractie-type hebben van de meeste Brakesection-lezers: de achtbaan! Volgens rollercoaster database telt dit park zes stuks, maar eigenlijk kan je er zelfs zeven tellen met een beetje goede wil.

Leuk is dat dit familieparkje – in tegenstelling tot de meeste andere kleine Franse parken – niet met Soquet in zee is gegaan (en hopeloos verdronken). In de plaats daarvan krijg je twee erg leuke banen van de minder bekende bouwer PAX: Wild Train (2000) en Formule 1 (2005). Het coasteraanbod wordt vervolledigd met Aérotrain (Vekoma junior, 2014), Une Souris Verte (Zamperla, 2007), La Pomme (een big apple uit 2005) en Mini Mouse Cartoon (baby coaster bestaande uit vijf bochtjes van Zamperla uit 2004).

En dan is er nog wat ik noem de “zevende coaster”: de Téléphérique. Technisch gezien een ‘spinning suspended standup rollercoaster’. Voer voor controverse uiteraard, en niet aanvaard door rollercoaster database, je kan het namelijk ook gewoon een speeltuin kabelbaan on steroids noemen. Het is wel een leuk en onvoorspelbaar ritje. Zelfbediening ook, want een operator komt er niet aan te pas!

De beste achtbanen van het park zijn ongetwijfeld de twee banen van Russische makelij.

De Formule 1 is een op wilde muis achtbanen geïnspireerde coaster met kleine racekarretjes voor vier personen, maar waarbij de normale elementen van dit type achtbaan in positieve zin veranderd of aangepast zijn. Ik overloop het cliché-lijstje ‘jouw standaard wilde muis’: 1) steile lifthill? Humm… daar kan nog wel een paar procent bij: supersteile lift hill: check! 2) Dropjes komen pas na hondervijftig saaie linksrechts opduiken? Neen hoor, laten we het potentieel van onze lift ten volle benutten en na de lift hill meteen van start gaan met drie supergoede drops! De derde en grootste drop katapulteert je onvermijdelijk volledig uit je zitje met ejector airtime tot gevolg, onmiddellijk gevolgd door een leuke double-up. 3) Na deze vliegende start volgen dan toch de gekende klassieke bochtjes, hoor ik u vragen? Klassiek? Neen hoor, dit is PAX hé mensen, the crazy russian achtbaanbouwer! De Russen dachten: laten we de upstop wielen van de karretjes wat extra belasting geven en de scherpe bochtjes eens in tegenbanking leggen! In de superscherpe 180 bochtjes wordt je dus éxtra hard uit je kar geslingerd: hilariteit verzekerd! Toch gebeurt dit met het nodige comfort! Erg leuk! Hierna volgt de camelback ofte de race over de kamelenrug wat steeds leuke momenten oplevert. 5) Krijg ik dan toch nog alstublieft een rem waarvan mijn maag tot in het station vliegt? Neen beste formule 1 racer, de knotsgekke race wordt afgesloten met nog een leuk gebankt S-element en een scherpe bocht om daarna natuurlijk afgeremd zonder bruuske stop terug in het station uit te komen. Deze rit krijgt van mij 5 sterren vanwege originaliteit, soepelheid en hilariteit. Het is jammer dat deze trendsetter niet meer van deze exemplaren heeft mogen bouwen: voor het enige andere bestaande exemplaar moet je naar VVC Wheel Park in Moskou. Ook ervaren wilde muis bouwers als Mack of Maurer hebben blijkbaar (nog) geen inspiratietrip gemaakt naar Saint Paul of Moskou.

De Wild Train dan, mijn tweede favoriet uit het park en die andere Paxcreatie. Als je dit baantje voor het eerst ziet staan lijkt het rode staal op een kiddiecoaster-spaghetti – zeg maar, jouw doorsnee Vekoma Rollerskater. Dit gevoel verandert echter meteen wanneer je het eerste treintje over het krap gewrongen staal ziet flitsen en de uitgelaten reacties van zijn passagiers ziet en hoort: dit is niet zomaar een kinderbaantje en deze trein doet zijn naam alle eer aan! Het is een zalig, ietwat bruusk maar zeker niet oncomfortabel snelheidsduiveltje met ejector airtime op de first drop voor wie achteraan zit! Een toppertje zonder twijfel en het ultieme bewijs dat je met weinig indrukwekkende statistieken (15m hoog, 320m lang) toch een supersnelle en intense leuke baan kan maken!

Het contrast met de Vekoma kiddiecoaster Aérotrain kan niet groter zijn: deze baan heeft een slakkengang en zeer kleine hoogteverschillen. Het is de baan die tot en met 2013 binnen in de shoppingmall Colombo stond in Lissabon, waar ik hem destijds nog had bereden en hij vanwege de daar aanwezig “near-misses” toch iets beter was. Het is wel een goede ‘startcoaster’ voor kids vanaf 5 à 6 jaar want hij is erg soepel.

Ook leuk is de Zamperla Spinning Wild Mouse Une Souris Verte. De naam is een Franse uitdrukking voor een blinde muis. Het is een standaard kermis draaiende wilde muis maar de baan spint vrij goed maar niet al te extreem zoals sommige van zijn broers of zussen.

Over extreem gesproken, de Tour Descente Extrème (2005, eveneens van PAX) is naar mijn mening ook uniek in een Europees park. Hij werkt volgens het principe van de Intamin freefalls (bvb. Dalton Terror te Walibi, met magnetische remmen) maar is veel minder robuust gebouwd: het lijkt qua constructie eerder op een ondervoede S&S Spaceshot: eentje waarvan de ingenieur de staalprofielen allemaal gehalveerd lijkt te hebben qua sectie. De motor die het karretje ophaalt lijkt maar nauwelijks aan trekkracht van de remmagneten te kunnen weerstaan: de eerste helft van de toren wordt het bakje dan ook tergend traag naar boven getrokken. Dit maakt de psychologische kwelling natuurlijk nog groter (zal deze toren dit ritje nog halen of stort hij deze keer in?) en de capaciteit bedroevend laag, al is dat voor een park als dit niet echt een issue. De vrije val zelf dan: dit is denk ik het meest close gevoel dat je kan hebben tot neerstorten. Een zeer bruuske en oncomfortabele rem. Extrème is dus ook hier een vlag die de lading volledig en correct dekt. Deze toren mag van mij dan ook per direct afgebroken worden en vervangen door een sneller en comfortabeler exemplaar.

Het park zelf moet dit ook bedacht hebben want enige jaren later hebben ze een tweede, la Tour Yoyo geïnstalleerd van Zamperla (2009), een junior freefalltorentje die het veel rustiger aan doet en ook veel comfortabeler is maar toch leuke kriebels geeft.

Het park bevat verder ook een aantal standaard rides die daarom niet minder leuk zijn: het schommelschip uitgebreid gethematiseerd naar de Ark Van Noach, de log flume in dinostijl, de vierdubbele bootjesglijbaan, de (Mack) rupsmolen, de kettingmolen, de Mississippi-boot, het spookhuis, het 3D-effectenlabytint, het spiegelpaleis, de speeltuinen en reuzeglijbanen, de trampolines (origineel met een heuse slapstick instructievideo vooraf!), de botsauto’s, de pedalo’s, de paardenmolen etc.

Ook is er een hele resem kindermolens en rondritjes in brullende tractors en bovenop vrolijk zingende konijnen.

De shows dan. Daar slaat het park mijns inziens de bal een beetje mis door maar liefst drie shows te geven met levende dieren. En shows met dieren anno 2016 vind ik een beetje achterhaald. Je hebt hier dus de keuze uit eentje met honden, één met tijgers of eentje met acrobatische geiten! Ja u leest het goed, geiten. Om mijn reukorgaan te sparen koos ik toch maar de “Eye Of The Tiger’ bezocht, een circusachtige show met zeven levende (maar niet zo levendige) tijgers, ja dit kan blijkbaar nog anno 2016 in Frankrijk. Huiveringwekkend hoe die zeven tijgers in een cirkel zitten en allemaal de dresseur aankijken – vaak ook niet zo goed luisteren – terwijl je beseft dat elk van hen op elk moment kan beslissen om die man aan te vallen. Dat deden ze uiteindelijk dus niet, al had ik wel het idee dat de man niet altijd de volledige controle over de dieren had. Jammer dat deze dieren nog steeds als kunstje moeten dienen, ondanks het zeer indrukwekkend is om deze dieren van dichtbij te zien. Je kon na afloop ook op de foto met een babytijger voor 10€ per foto (die je dan nog zelf moest trekken met je eigen smartphone!).

Verder is er ook nog animatie voorzien door één van de langste mensen ter wereld: 2,47m meet deze sympathieke reus! Hij doet zowel dienst als kaartjesknipper bij de ingang van het park als als entertainer. Ook hier voorziet Parc Saint Paul een informatief plakkaat over lange mensen (de langste mens ooit was blijkbaar 2,73m lang) en klopt het zichtzelf op de borst dat het loonpakket van de man ook op maat gemaakte schoenen en kledij omvat.

Qua thematisatie is het duidelijk dat het park ook steeds een stapje verder wil gaan en beetje bij beetje de standaard gebouwen vervangt door mooiere, gethematiseerde exemplaren. Zo werden er dit jaar een mooie entree met bewegende miniatuurcaroussels ingewerkt en een cartoonesk sanitairgebouw ingehuldigd. Verwacht echter geen Efteling of Disney-niveau van thema: het blijft allemaal een beetje plastic fantastique maar toch overstijgt het langzaam maar zeker het kermisniveau. Voor een pretpark van dit kaliber is het zeker allemaal mooi genoeg en goed onderhouden.

Samengevat: Parc Saint Paul is een heerlijk klein park waar je je een lange dag kan uitleven zonder wachttijden en met tonnen attracties voor alle leeftijden, aan een prijs waar we in België enkel nog van kunnen dromen (21€ voor volwassenen en 17€ voor kinderen t.e.m. 11 jaar, gratis onder één meter). Tel daarbij de gratis parking en zeer vriendelijk personeel en je gaat met een heel goed gevoel naar huis: dit parkje wordt met hart en ziel uitgebaat en is een echte aanrader!